Vandaag werd het de dag van de evaluatie van de moties van ons generaal kapittel van 2012. Iedere generale assistent nam een aantal moties onder zijn hoede en bracht aan de kapitulanten een evaluatie van de opvolging en de bereikte resultaten.
Br. Victor Hugo Merino-Conde sprak over de identiteit van de broederroeping in lijn met het document van het Vaticaan: “Identiteit en zending van de religieuze broeder in de Kerk”, dat binnen de congregatie een grondige aandacht kreeg en naar de eigen situatie werd vertaald. Ook de Vincentiaanse spiritualiteit werd extra belicht ter gelegenheid van de 400ste verjaardag van het charisma van de H. Vincentius a Paulo.
In lijn met wat de generale overste bracht rond het animatiemateriaal dat aan de congregatie ter beschikking werd gesteld, legde Br. Victor Hugo een bijzondere klemtoon op de uitgave van “Voice of the Vatican”, waarbij interessante documenten met toespraken van de Paus die verband houden met het religieuze leven en onze apostolaatswerken in de drie talen worden vertaald en aan de broeders en aangesloten leden digitaal worden verzonden. Ook de vorming van de oversten die plaats had in Afrika en Azië, werd toegelicht en geapprecieerd.
Wat de aangesloten leden betreft, is men er niet in geslaagd om een internationale communicatie op gang te brengen, mede omwille van de taalverschillen. Bijzondere aandacht werd gevraagd voor onze leken-medewerkers wereldwijd (25.000 in aantal) die delen in onze spiritualiteit en die op vele plaatsen met de broeders samenwerken of het apostolaat van de broeders verderzetten. Zij verdienen een bijzondere aanmoediging.
Ten slotte belichtte Br. Victor Hugo de vorming van de jongeren in de congregatie. Vanuit zijn ruime ervaring in onze internationale vormingshuizen is hij bijzonder goed geplaatst om vanuit de dagelijkse realiteit te spreken. Algemeen mogen we stellen dat de vorming er echt is op vooruitgegaan en dat we nu over vrij stabiele vormingsteams beschikken. Een belangrijk aandachtspunt blijft evenwel de voortgezette vorming van onze jonge broeders en de voorbereiding op de eeuwige professie. Ook de spirituele begeleiding blijft een belangrijk aandachtspunt voor de toekomst.
Br. Adrian Hartotanojo, die inderdaad deze woensdagochtend vanuit China arriveerde, werd onmiddellijk gevraagd om de motie rond het spirituele leven van de broeders te bespreken en te evalueren. Het spirituele leven van de broeders blijft een belangrijk aandachtspunt en eindigt niet na de professie, maar is een proces voor het ganse leven. Er is een grotere internationalisering binnen de congregatie, maar de vraag blijft of dit ook in mentaliteit aanwezig is.
Br. Adrian bracht ook verslag uit van de commissie die de aanpassing van de constituties voorbereidde. Via een heel systematische aanpak heeft men de constituties grondig doorgelicht en interessante aanvullingen gesuggereerd die te maken hebben met de Vincentiaanse spiritualiteit, de recente documenten van de Kerk over het godgewijde leven, de sociale leer van de Kerk en het eigen charisma van de congregatie. De resultaten zullen behandeld worden tijdens de derde week van het kapittel.
Br. Jean Mbeshi ging dieper in op de internationalisatie en de wijze waarop broeders wereldwijd worden uitgezonden. We zijn in principe geen missionerende congregatie, maar de internationale solidariteit en de bereidheid om in andere landen en culturen als broeder te worden uitgezonden heeft wel de laatste jaren een extra aandacht gekregen, en vraagt ook voldoende voorbereiding en begeleiding.
Daarnaast maakte Br. Jean een evaluatie van de organisatiestructuur van de congregatie en de wijze waarop de verschillende lagen van de congregatie zich naar mekaar toe verhouden.
Ten slotte gaf hij een evaluatie van de werking van de financiële commissie, die voorstelde een specialist in de persoon van Dhr. Jos Leysen toe te voegen bij het generaal economaat, speciaal om te kunnen komen tot een duidelijk overzicht van de financiële middelen van de congregatie, de eigendommen, de budgetten en de wijze waarop de goedgekeurde budgetten op een correcte wijze worden opgevolgd. Dit aspect zal natuurlijk verder aan bod komen bij het verslag van de generale econoom, die morgen zijn evaluatie op tafel zal leggen.
Tijdens de namiddagsessie lichtte Br. Jos Mathijssen, vicaris-generaal, de werking toe van de algemene adviesraad die werd ingesteld voor de bescherming van kinderen en kwetsbare volwassenen tegen seksueel misbruik. Deze commissie, samengesteld uit verschillende specialisten, kwam jaarlijks samen om het beleid van de congregatie tegen misbruik verder uit te werken, de opvolging te doen van aangebrachte gevallen en een preventieprogramma uit te werken. Br. Victor Hugo volgde aan de Gregoriaanse Universiteit een specifieke vorming en ontwikkelde voor de congregatie een aangepast vormingsprogramma gericht op de preventie. We mogen stellen dat de congregatie echt inspanningen heeft gedaan om alle vormen van misbruiken te voorkomen en de gevallen die bekend waren uit het verleden op een correcte wijze af te handelen en met een compensatie te voldoen.
Daarna gaf Br. Jos een uitgebreid overzicht van de werkzaamheden van Fracarita International. Achtereenvolgens werden de fondsenwervingsactiviteiten behandeld, de werking van de regionale kantoren, de aandacht voor verdere capaciteitsopbouw binnen de regio’s, de verdediging van de kwetsbare groepen binnen onze zorgverlening, de vertegenwoordiging binnen de overlegorganen van de Verenigde Naties en de ontwikkeling van activiteiten gericht op het bekomen van inkomsten. Het is opvallend hoe Fracarita International zich de voorbije zes jaar verder heeft ontwikkeld en echt tot een belangrijk instrument binnen de congregatie is geworden voor de ondersteuning van onze werking, zowel inhoudelijk als financieel. Het geheel werd geïllustreerd via een zeer verzorgd jaarverslag. Het financiële luik zal morgen verder behandeld worden.
Opnieuw een volle dag die toch wel met een goed gevoel werd afgesloten. Er is de voorbije zes jaar heel wat gebeurd om ons charisma als congregatie op een eigentijdse wijze te vertalen en gestalte te geven.